Iedereen kent dat wel, bananen op de fruitschaal die niemand er meer vanaf pakt omdat ze bruin zijn. Maar juist dan zijn ze op hun lekkerst. Daarom maak ik er altijd bananen-walnotenmuffins van. Ze zijn lekker licht, luchtig én smakelijk. En dan wil iedereen er wél eentje opsnoepen. No waste en probleem opgelost! Als ik geen tijd heb om te bakken dan pureer ik de bananen alvast en vries ze in. Zo heb je altijd een voorraadje. Vandaag had ik geen karnemelk of yoghurt in huis dus daarom een restje zure room gebruikt. Ook goed.
Bananen-walnotenmuffins
Voor 26 stuks
6 rijpe bananen
200 g suiker
2 eieren (maat M)
175 g boter
300 g patentbloem
5 tl bakpoeder
3 el karnemelk of yoghurt
75 g walnoten
1 muffinvorm
26 papieren cakevormpjes
mixer of keukenmachine
- Verwarm de oven op 145˚C.
- Pureer de bananen in een blender of met een vork.
- Meng de banaan met de suiker en eieren en klop een paar minuten met de mixer of in de keukenmachine tot een luchtig mengsel.
- Smelt de boter in een pannetje op een laag vuur. Laat het wat afkoelen.
- Meng de bloem met het bakpoeder en zeef het.
- Hak de walnoten grof.
- Voeg, onder voortdurend mixen, de gesmolten boter, het bloem-bakpoeder mengsel, de karnemelk of yoghurt en de walnoten toe.
- Doe de papieren cakevormpjes in de muffinvorm en vul ze elk voor ¾ met het beslag.
- Bak ze in 50 minuten gaar en goudbruin. Herhaal dit totdat al het beslag op is*.
*in een muffinvorm passen 12 muffins, je moet dus meerdere keren bakken om al het beslag te gebruiken.
TIP
Heb je bruine bananen op de fruitschaal maar geen tijd om er muffins mee te bakken? Pureer ze dan en vries de puree in.
TIP
Breek de eieren, voordat je ze toevoegt aan de gepureerde bananen, in een schaaltje. Zo kun je eventuele stukjes schil vooraf gemakkelijk verwijderen én voorkom je dat een ei wat misschien niet goed is in je beslag terecht komt.
